rondreis-oregon-2018.reismee.nl

7 augustus 2018 - Portland

We zijn nog even wat vergeten te vermelden. Gisteren moest Robert even gebruik maken van een openbaar toilet, maar hij was niet de enige. Een slang kwam even om een hoekje kijken. Robert hoefde plotseling niet meer gebruik te maken van het toilet. Ons hotel was inclusief ontbijt, maar niet een ontbijt zoals we dat gewend zijn. We kregen een leeg tafeltje aangewezen. Daarna werd gevraagd of wij al een ontbijt hadden uitgezocht. We konden namelijk uit een drietal ontbijtjes die achterop het tegoedbonnetje stonden kiezen. We hadden dit helemaal niet gezien en waren dus totaal niet voorbereid op de vragen die gesteld werden. De dame had er veel plezier aan om zoveel mogelijk vragen zo snel mogelijk achter elkaar te stellen. Het bestellen van een ei was al een probleem op zich. ‘Poched’ of ‘scrumbled’ was mogelijk, maar een boiled egg weer niet. Wel een gekookt ei maar dan was het weer een ei uit de koelkast. Robert koos een plak gebakken ham, scrumbled ei met toast. Laura koos het ontbijtje met een pancake en worstjes, een bijzondere combinatie. Het smaakte overigens prima. Vandaag stond de Historic Columbia River Highway op het programma. Het was echter een klein tochtje, want de route was slechts een klein deel te rijden. Vorig jaar is bij een (aangestoken) bosbrand de weg voor een groot deel onbegaanbaar geworden. Het kleine stukje van de route gaf echter wel een mooi beeld.

We moesten nu voor een groot deel over de nieuwe highway, waardoor we veel tijdswinst hadden. Daardoor kregen we tijd genoeg om de Mount Hood te bekijken. De weg liep door een gebied met veel fruittelers. Het is mogelijk om zelf appels, peren, abrikozen en kersen te plukken. We stelden het steeds uit, omdat het lastig was om af te remmen voor de kort van tevoren aangegeven afslagen. Het was namelijk vrij druk op de weg en de auto’s reden dicht achter ons.

Het is onbegrijpelijk maar een berg van 3400 meter hoogte kan zo nu en dan verdwijnen. We hebben regelmatig zicht gehad op de opvallende berg met witte muts. Dan was hij helemaal niet meer zichtbaar en verbaasden we ons waarom we hem niet meer konden zien. Dan opeens ging je een bochtje om en dat was hij weer volop in beeld om daarna weer volledig achter de bomen te verdwijnen.

We zijn ook nog even omhoog naar een lodge op de mooie hoge berg gereden. Hier konden we even genieten van een versnaperingen op het terras. Het grote voordeel van “op hoogte” is dat de temperaturen aangenamer zijn. Wij dachten eerst dat er acteurs ingehuurd waren die met skiuitrustingen rondliepen, maar later bleek dat je gewoon op de gletsjer kon skiën tot een uur of twee in de middag. Er was een groot parkeerterrein vol met auto’s, maar waar al die mensen nu waren gebleven, dat was voor ons een raadsel. Je zag bijna niemand.

Aangekomen bij het hotel kregen we een mooie kamer toegewezen. Het was achteraf een goede beslissing om wat extra geld uit te geven aan het hotel in Portland, want de standaard ligt hier een stuk lager en de prijzen navenant hoger.

6 augustus 2018 - The Dallas

Vandaag stond weer eens een reisdag op het programma. Niet veel bijzonderheden onderweg te zien. Tijdens het ontbijt merkten we dan andere gasten naar Pendelton gingen, maar dat was ons te ver. Dit hadden we al tijdens de voorbereidingen in Nederland bepaald. We hebben vandaag een route gereden door landschappen waarvan we van tevoren geen voorstelling gemaakt hadden. Bij vertrek zouden we vandaag meer dan drie uur moeten rijden. Dat viel mee en omdat het internet ’s morgens weer werkte hebben we nog even extra lang gebruik gemaakt van het Wifi-net van het hotel. Het was tenslotte een beetje feest, want Danny was 20 jaar geworden. We hebben daarom vrij lang met Stiens gebeld en de felicitaties overgebracht.

We vertrokken daarom pas om 10 uur. Na een uurtje rijden kwamen we bij een camping annex picknickplaats dat aan een rivier gelegen was. Hier hebben we ons verslag van de vorige dag nog even uitgewerkt, zodat we dat direct bij aankomst in The Dallas op de site konden zetten. We hadden een mooi plekje bij een picknicktafel onder een boom.

De route ging over een gebied met heel weinig inwoners en gehuchten bij afslagen. De regionale wegen en wegen van nog lagere orde zijn hier van zeer goede kwaliteit en vooral erg breed.

Onze route ging door een hoogland gebied met heel veel akkerbouw, voornamelijk voor de productie van graan. Op een gegeven moment hebben we bijgehouden tot wanneer er weer een farm aan de weg gelegen was en dat werd uiteindelijk meer dan 20 Miles, ca. 32 km.

Uiteindelijk kwamen we aan op een T-kruispunt dat gelegen was aan de Columbia rivier. Hier werd het graan ook verzameld en verscheept over de rivier. Deze rivier was een belangrijke vaarweg voor de transporten uit het achterland en hierdoor kon The Dallas zich ontwikkelen als een belangrijke stad naast het in het westen gelegen Portland.

Bij de invoer van de bestemming was de straat, waaraan het hotel zou liggen, niet terug te vinden in het navigatiesysteem van de auto. We hebben daarom maar een willekeurige straat gekozen om onze route in grote lijnen te bepalen. Omdat ons hotel veel noordelijker zou liggen konden we nog een stuk over de 30 rijden, de Historic Columbia River Highway. Na een kilometer of 8 twijfelden we of we wel goed zaten, want we hadden de avond ervoor ook de coördinaten ingetikt op onze meegebrachte eigen Tomtom en deze gaf aan dat we weer terug moesten richting The Dallas. Daar hadden we namelijk wel een Shilo Inn langs de weg zien staan. Gelukkig dat we nogmaals gekeken hebben, want inderdaad, we moesten terug.

Het hotel was een van de betere van onze vakantie. Keurige kamer met alles erop en eraan, alleen de TV is nog van het type beeldbuis en dat zijn we niet meer gewend. Inmiddels hebben we ook de 100 graden Fahrenheit (38 graden Celsius) aangetikt. Het is hier erg warm en dat zal het ook zijn de komende drie dagen in Portland. Ook hier is het net als in Nederland extreem warm en het brandgevaar is ook hier erg groot. Op de nieuwzenders wordt bijvoorbeeld uitgelegd hoe je een airco kan maken van een ventilator, een koelbox en heel veel ijs. En dat ijs is hier bij de supermarkten te koop in plastic zakken ter grootte van onze Nederlandse vuilniszakken.

5 augustus 2018 - John Day

We hadden geen internet, vandaar dat dit bericht later is verschenen.

Gisteren erg vroeg vertrokken na een niet al te beste nacht. We hadden een kamer naast de trap. Het gevolg was dat alle gasten die vroeg vertrokken ons stoorden in de nachtrust. Een erg simpel ontbijt in dit hotel, te weten een muffin. En . . . dat was nieuw… heerlijke mandarijnen.

Vlak na vertrek al de eerste stop, het Smith Rock State Park. Een gebied dat zich kenmerkt met stijl omhooglopende rotspartijen. Het gebied is ontstaan door vulkanisme. In tegenstelling tot wat we dachten, zijn de rotsen ontstaan doordat de lava de grond omhoog heeft geduwd. Dat moet een geweldig gebeuren zijn geweest. De parkeerterreinen waren nog redelijk leeg en ondanks dat we al veel van de rotsen konden zien, moesten we verder te voet. 

Hier wordt veel geklommen door bergklimmers. Dat doen zij niet alleen, maar ook wij moesten ons portie klimmen en dalen leveren. Dat dalen begon ook direct naar een brug over een rivier die langs de stijl omhooglopende rotsen liep. De meesten namen daarna een route direct omhoog, maar wij kozen voor een pad langs de rivier.

Volgens plan konden we na 2 Miles de rivier oversteken en dan aan de andere kant teruglopen. Na wat foto’s die hieronder zijn te zien, kregen we het idee dat de brug veel verder was dan we gedacht hadden. Uiteindelijk hield het pad op en kwamen we tot de conclusie dat de brug niet een brug was, maar een doorwaterplaats voor ruiters. Voor personen was de stroom te sterk, dus moesten we weer terug. Was het afdalen nog redelijk te doen, de weg omhoog was na de lange wandeling een sportieve uitdaging.

We vervolgden onze route en bij een grotere plaats aangekomen, hebben we ice-coffee besteld bij de Starbucks. We hebben meteen even gebruik gemaakt van het internet en even contact opgenomen met het thuisfront. De vlak daarvoor gekochte gebakjes waren zo groot en vol calorieën dat we na een paar happen al genoeg hadden.

Vlak na vertrek zijn we gestopt voor een korte wandeling bij een rest-area bij een meer met een parkje en camping. Op naar ons volgende punt op de route, zo’n anderhalf uur rijden verderop. De tocht was mooi en afwisselend door bos en dan weer prairie achtige gedeelten. De dorpjes die we tegenkwamen leken deels verlaten, maar hier en daar waren leuke oude uit de westerntijd overgebleven gebouwtjes nog in ere gehouden.

Bij het benaderen van de Painted Hills (Geschilderde heuvels) konden we al mooie kleuren zien en al spoedig was de ingang van het State Park gevonden. Hier hebben we veel foto’s genomen van dit speciale gebied.

De heuvels hebben prachtige kleuren van dieprood, wit en zwart tot okergeel. Soms leek het dat er schaduw op de heuvels viel, maar dan was de kleur zo donker dat dat gezichtsbedrog was. De kleuren zijn ontstaan doordat aslagen hier zijn neergekomen 30 miljoen jaar geleden na vulkaanuitbarstingen. In de drie miljoen jaar later zijn door oxidatie de verschillende kleuren ontstaat doordat het gebied regelmatig onder water is komen te staan en dan weer zeer droge perioden heeft doorgemaakt. We waren moe van alle wandelingen en hebben heerlijk gelegen op een grasveldje onder een boom in een mooi aangelegd parkje.

Op de weg naar John Day ontdekten we weer iets van onze auto. De airco in de auto heeft twee systemen, namelijk ook een apart gedeelte voor de passagiers achterin. De auto heeft namelijk nog twee zitrijen achter de voorstoelen en de airco moet je apart instellen. De derde rij hebben wij platgegooid, waardoor een enorme kofferruimte ontstaat. Het voorste gedeelte hoeft door het inschakelen van de airco achter, niet zo hard te werken en te blazen. De temperaturen lopen nu we in het binnenland zijn hard op richting de 35+ graden, dus was deze ontdekking een mooie aanvulling op de gewenste koeling.

We moesten nog anderhalf uur rijden voordat we bij ons hotel zouden zijn en passeerden Sheep Rock. Een mooie rotsformatie met een bezoekerscentrum waar Laura nog even binnen is geweest. Robert had het wel gehad na het vele lopen en autorijden en hij bleef in de auto. Even eigen muziek draaien en de auto moest natuurlijk ook koel worden gehouden op het parkeerterrein. Binnen was een expositie van het John Day Fossil Beds National Monument te zien met o.a. vele fossielen en dinosaurus-resten die in dit gebied gevonden zijn. 

Bij het benaderen van John Day, de plaats waar we zouden overnachten, zagen we bij binnenkomst al dat er niet veel te beleven was. We reden ons Best Western Hotel voorbij om te kijken waar we zouden eten. Plotseling stonden we al weer aan het eind van het dorp. Geen geopend restaurant gezien. Terug bij het hotel hebben we gevraagd naar een restaurant, zei de baliemedewerker dat er wel een paar aan de linkerkant verderop zaten. Daar waren we al geweest, maar toen we er nogmaals langs reden is Laura een Steakhouse gaan bekijken en dat werd onze keuze. Robert bracht de auto terug, zodat hij een biertje kon drinken. Het was namelijk maar een klein stukje lopen. Het eten smaakte heerlijk, soep, vlees met groente en een toetje na die zo groot was dat we hem konden delen en toen nog vonden dat het wel erg veel muffin/ijs/slagroom/chocolade was.

We zaten nog even buiten op het zitje voor onze hotelkamer, toen er tot onze verrassing een hert met een mooi gewei voorbij liep. Het hotel was gewoon midden in het dorpje gelegen.

4 augustus 2018 - Bend

Vanochtend bij het ontbijt ging het bij alle aanwezigen over de bosbranden. Zo hoorden we dat de helikopters gisteravond en vannacht niet konden vliegen. Deze zijn nodig om de brandhaarden in het donker gemakkelijker vanuit de lucht te kunnen waarnemen. De grondploegen kunnen dan effectiever worden ingezet. Een ander opvallend gesprek ging over een zwarte beer die vannacht op de parkeerplaats van het hotel was waargenomen. De mevrouw, die het ontbijt ’s morgens vroeg gereed zet, liet om 4 uur haar hondje uit en zag toen tot haar verbazing de beer rondlopen. Deze zoek door de rookontwikkeling een veiliger plek op.

De route van vanochtend ging voor een groot deel over dezelfde weg die we gisteren ook moesten rijden om bij Crater Lake te komen. Het zicht was nu veel beter en we hebben het “rookgebied” nu echt achter ons gelaten. We kwamen tijdens de rit tot de ontdekking dat het fototoestel een bijna lege accu had. Het bijzondere van onze auto is, dat er zelfs een stopcontact in zit. We konden de accu dus gewoon opladen in de auto.

We hebben een afslag genomen om een aantal watervallen te bezichtigen. Meestal moet je een kilometertje lopen vanaf een parkeerterrein en dat was bij de eerste dan ook het geval. He pad ging behoorlijk naar beneden en het betrof een kleine waterval. De terugtocht was dus heel wat zwaarder.

Bij de tweede waterval stond helemaal niets aangegeven over de afstand op de parkeerplaats. Dit bleek ook verstandig, want de weg ernaar toe liep stijl omhoog over moeilijk begaanbare paden. Het was echter zeer de moeite waard: een waterval van 84 meter. Na een fotosessie was de terugtocht natuurlijk een stuk makkelijker, want we konden nu afdalen.

De route ging verder en vlakbij Bend, de overnachtingsplaats, hebben we nog een tweetal meren bezocht. Tot onze verbazing begon het zowaar te regenen. Dikke druppels vielen op onze auto. Aan de kust hadden we hierop gerekend, maar met bijna 30 graden en landinwaarts niet. Hierdoor waren de meren niet zo aantrekkelijk meer. We zijn daarom maar weer doorgereden naar een park waar het meest recente vulkanisme bewaard gebleven is. Een mooi park waar we ook nog hebben rondgewandeld. Ook hier zat het weer niet mee, want het begon ook hier te regenen.

Ons hotel was snel gevonden. De auto kon vlak voor onze kamer staan, dus mooi de gelegenheid om alles weer even opnieuw in te delen en een eerste wasje te doen. Nadat we de afgelopen twee dagen heel goed hebben gegeten, was het nu weer tijd voor een Mac-maaltijdje. Trouwens wel altijd hetzelfde recept voor ons; de mac nuggets, lekker veilig.

3 augustus 2018 - Shady Cove - Crater Lake

Vanochtend werden we wakker en roken direct de brandlucht. Op zich niet vies, alsof er iemand de open haard aan heeft, een verbrande houtlucht. Als we naar het ontbijt gaan zien we dat er weer meer dan 10 brandweermannen klaar staan voor vertrek. Tijdens ons ontbijtje komt de nachtploeg terug en zij krijgen de kamers van de vertrekkende ploeg nadat de kamers zijn snel schoongemaakt door de kamermeisjes. Een van de mannen vindt dat de kamer naar rook stinkt en vraagt een andere kamer. Hieraan wordt direct gevolg gegeven. Hieruit blijkt het respect voor de hulp die men hier krijgt van verschillende plaatsen. Op de auto’s staan namelijk allerlei plaatsen die veel verderop zijn gelegen, er is zelfs een auto uit New Mexico.

Het is koud (17 graden) als we vertrekken. Er ligt zelfs as op onze auto en de zon is oranje gekleurd door de rook. In het plaatsje Prospect waar we langs moeten rijden naar het Crater Lake worden inwoners geëvacueerd. Laura vraagt nog even bij de receptie of we wel naar Crater Lake kunnen gaan, maar er wordt gezegd dat als het niet vertrouwd is, we altijd zullen worden tegengehouden.

Onderweg komen we een firefighterscamp langs de weg tegen. Er staan veel brandweerauto’s en naar schatting meer dan 100 tentjes. Langs de weg zijn ook veel campings. Een beetje wrang dat er niet mag worden gebarbecued en er wel firewood te koop wordt aangeboden, terwijl men een tentje heeft dat vol in de rook staat.

De rook wordt steeds dikker en er zijn een paar wegen afgezet, maar we kunnen steeds doorrijden. Als we in de buurt van het Crater Lake zijn en omhoog rijden, wordt de rook minder. De temperatuur is zeer aangenaam geworden, ca. 25 graden. De wind blijkt gunstig te zijn, want de rook waait niet over het meer. We hebben dus mazzel, want het zicht op het kratermeer is helder. Een ranger vertelt dat gisteren er nauwelijks zicht was en dat alle rondleidingen en rondvaarten op het meer waren afgelast. Wij kunnen in ieder geval mooie foto’s maken. We rijden rond het meer, en dat kost meer dan twee uur. Het is ongeveer 53 mile rijden. Regelmatig zijn er uitkijkpunten. Naarmate de dag vordert wordt de rook weer heviger.

Na het verlaten van het park nemen we een ijsje. Robert een soort cornetto, maar dan veel groter. Magnums worden zeker gemaakt in Amerika, want Laura heeft een ijsje van een Nederlands formaat. Op de terugweg zien we drie aangereden dode reeën liggen. Ze zijn het slachtoffer geworden van het verkeer. Laura heeft gisteren gelukkig ook levende exemplaren gezien, die heerlijk stonden te genieten van het gras in een tuin bij een huis. Als we in een bos rijden, zien we ineens een vos de weg oversteken.

Rond vier uur zijn we weer terug bij ons hotel. De zon schijnt en het is ongeveer 32 graden als we lekker bij het zwembad op ligbedden kunnen genieten. Het water van het zwembad is erg koud, dus we spoelen ons thuis even af onder de douche. De Mexicaan aan de ander kant van de rivier lijkt ons een goede plek om het avondmaal te bestellen.

Nu zitten we voor onze hotelkamer dit verhaal te schrijven als er weer een kolonne legervoertuigen voorbijrijdt. Hopelijk kunnen we morgen weer gewoon naar het noorden rijden, want we moeten nu naar Bend.

2 augustus 2018 - Shady Cove

Vanmorgen enige tijd besteed aan het kiezen van de route. Er waren twee mogelijkheden. We gaan nu het binnenland in en verlaten de kust. We hadden de keus om een stuk terug te rijden en dan over een secundaire weg richting Shady Cove te gaan of door te rijden naar de grens met California en dan weer in noordoostelijke richting weer bij Shady Cove uit te komen. Er zijn niet zo veel bijzonderheden onderweg te zien. We hebben gekozen voor de route via het zuiden. Het was een mooie tocht waarbij we de grens met California moesten oversteken. Dit was een complete controle met een verplichte stop en controlevragen. Wij wisten niet wat er exact gevraagd werd, maar hebben de vraag met NO beantwoord, waarop we het teken kregen dat we door konden rijden. Laura dacht dat het niet toegestaan was om etenswaren mee te nemen en Robert dacht dat het om verse vleesproducten ging. De dame vroeg namelijk of wij ‘fresh food’ meebrachten. We zijn er niet uitgekomen wat het nu was. Als Laura gelijk had dan waren we in overtreding, want we hadden van alles bij ons; appels, bananen, yoghurtjes, broodjes.

In het bos zijn we even gestopt bij een lodge om koffie te drinken. Nou en dat lukt, want het bleef niet bij een bakje, want we kregen een hele thermoskan geserveerd. Laura heeft afgerekend en moest USD 5,= afrekenen. Een koopje! Op het terras vlogen de kolibries af en aan om zich te goed te doen aan de zoetstofflessen die opgehangen waren.

Toen we weer noordwaarts reden, zagen we dat de borden over het brandgevaar op rood gemarkeerd stonden, te weten ‘extreme’, de hoogste klasse. Dit wordt met een pijl weergegeven.

In eerste instantie dachten we dat we nog zeedampen zagen, maar al gauw was het rook van de bosbranden. Het aantal brandweervoertuigen nam ook toe en er waren zelfs waarschuwingsborden voor verminderd zicht en teksten dat je de koplampen moest aan doen. De rook werd steeds dichter en nu je hier zo rondrijdt besef je pas wat het betekent om slachtoffer te worden van bosbranden. Je zag ook veel opgehangen papieren met geschreven teksten als: thanks to the firefighters en god bless the firefighters.

Bij een rivier met kleine waterval hebben we nog een fotostop gemaakt. Robert heeft nog even zijn voeten gekoeld in het koude water.

Het landschap veranderde van dichte bossen tot een open landschap met ranches en enorme percelen eromheen omheind met witte hekken. Een ijsje bij de Mac konden we niet overslaan en voor we het wisten waren we bij ons overnachtingshotel. Hierachter was een mooi park gelegen naast een rivier. Hier hebben we lekker gelezen en genoten van het mooie weer. Was het aan de kust nog 18 graden, hier is het overdag dik boven de 30 graden. Heerlijk dus. Op de snelstromende rivier kwamen steeds rubberboten aan die stroomopwaarts waren gestart. Hier was het eindpunt en de opvarenden werden opgehaald met bestelbussen, terwijl de boten op de aanhangwagen werd geladen.

Een Italiaans restaurant hebben we uitgekozen voor de avondmaaltijd. Ook hier was het eten anders dan we gewend zijn, maar weer heerlijk. Een tiramisu als toetje kon er nog net bij. We hadden het uitzicht op een tankstation en het was opvallend hoeveel brandweerwagens hier stopten. Soms waren het busjes met 10 in geel gestoken firefighters, dan weer een pick-uptruck met een hele brandblusinstallatie erop. Op dit moment zitten we buiten voor onze hotelkamer en naast ons zijn ook twee brandweermannen ondergebracht. Uit het telefoongesprek kunnen we opmaken dat ze nog dagen hier aanwezig zullen zijn. Op dit moment staan er al drie pick-uptrucks op het parkeerterrein.

1 augustus 2018 - Brookings

Vannacht hebben we geslapen in het mooiste hotel tot nu toe. Alles was perfect. We hebben ontbijt op ons balkonnetje. Laura had weer een prima selectie van yoghurt, thee en fruit samengesteld. We zijn eerst nog even het dorpje ingegaan, want Laura had al een paar leuke winkels gespot toen we naar het restaurant liepen gisteren. Toevallig vonden we ook nog een fles van Bokma Leeuwarden die met touw omknoopt was. De dag begon bewolkt, maar naar gelang de ochtend vorderde werd de bewolking steeds dunner. Bij een bakker hebben we koffie met een zoet broodje gehad. Het dorpje Bandon moet bekend staan om de crabs (krabben). In de souvenirshops zie je dat aan alle verkoopwaar terug. Bij het haventje zijn crabkooien te koop en op de steiger worden grote crabs uit zee gevangen. Deze kun je laten koken in een klein zaakje bij de haven, terwijl je erop wacht. Het terrasje ernaast wordt gebruikt om de verse vangst te nuttigen.

We zijn nog even naar het strand gegaan en het weer werd steeds beter. Langs een hoge rotswand ligt een prachtig zandstrand met grote rotsformaties die in zee liggen. Je kunt zelfs door de grotten lopen. Laura ontdekte nog twee zeesterren, een paarse en oranje exemplaar, vastgeplakt aan een rots. 


We hebben nog even op het strand gezeten met een cola en een muffin, voordat we richting het zuiden vertrokken. Het was een relatief korte rit die we gingen maken (82 ml). Kort na het vertrek blijkt dat de weg niet meer langs de kust loopt, maar door een bos. We hadden dus precies het goede gedaan, want het was echt het laatste strandje dat je met de auto kon bereiken.

Na een kilometer of 40 ging de kustweg weer echt langs de kust en bij een afdaling zag Robert dat er een walvis in de zee zijn adem uitblies. Toevallig kwam er direct daarna een uitzichtpunt, zodat we direct van de weg konden. Er stond nog een mevrouw die ons direct vertelde dat er verschillende walvissen voor de kust langs zwommen. We hebben een foto kunnen maken van de walvissen. We beseffen dat een foto van een walvis erg moeilijk is te maken, want hij is onder water. Toch hieronder het resultaat.

De verdere route was wederom prachtig langs mooie stranden met grote rotspartijen. 

Laura zit er maar comfortabel bij. Uiteindelijk kwamen we aan in Brookings. 

Onze kamer is nog niet schoon als gevolg van het beperkte personeel. We hebben daarom eerst maar even wat cashgeld gepind en wat rondgereden. Het plaatsje heeft een mooie naam, maar het stelt niet veel voor. Het is ook nog koud dus we doen een lange broek en een trui aan om wat te eten bij de Mac. De korte broeken liggen alweer klaar voor morgen, want dan gaan we het binnenland in en daar zijn de temperaturen veel hoger.


31 juli 2018 - Bandon

Vanmorgen weer een simpel ontbijtje genuttigd. Helaas dit keer geen wafel, want die werden niet aangeboden. We hebben de overnachtingtas ed. in de auto gelegd en meteen uitgechecked. Het hotel lag direct aan het strand, maar we konden er niet zomaar oplopen. Het hoogteverschil was te groot. We zijn via een ander veel lagergelegen gedeelte het strand opgegaan. Het was fris, maar met trui en korte broek was het goed te doen. Het strand was erg breed en hard, dus heerlijk om een wandeling te maken. Schelpen zoeken door Laura leverde niets op, maar wel een mooie zeester gezien.

Het was rond twaalf uur dat we weer bij de auto aankwamen. We hadden een rit van een kleine 200 km voor de boeg. Na een koffie met een halve muffin werd de kustweg een weg die echt langs de kust liep. Je had heel vaak zicht op het strand met de rotsen. Heel veel viewpoints langs de weg nodigden ons steeds weer uit om even te stoppen. We zijn een paar keer over een strandje gelopen om de rit te onderbreken. Op een hooggelegen parkeerplaats hadden we zelfs zicht op een aantal zeeleeuwen die in het water zwommen of op een rots lagen te zonnen.


Het landschap veranderde langzaam en de zandduinen kregen de overhand. De kustweg lag hier wat meer landinwaarts en liep door bossen en langs meertjes. Bij een parkeerplaats zijn we gestopt. Hier kon je een stuk door het bos lopen, daarna door de duinen naar het strand. We zijn vol goede moed vertrokken voor een stevige wandeling. Het werd wat langer dan verwacht. Toen het eerste bordje langs de route de mogelijke paden aangaf waren we nog vol overtuiging dat we de goede kant opliepen. Bij het tweede bordje sloeg de twijfel al wat toe. Bij het derde bordje wisten we het niet meer. We hebben maar besloten om terug te gaan, want de duinen maakte het lopen er niet makkelijker op. We gingen rechtsaf, maar het geluid van de voorbijkomende auto’s nam alleen maar af en de duinen werden steeds hoger. We waren verdwaald . . .

We hebben besloten om terug te lopen. Inmiddels hadden we in totaal die dag al meer dan 8 km gelopen dus de vermoeidheid nam toe. De zon scheen inmiddels ook al lekker, dus het werd er niet gemakkelijker op. Gelukkig kwamen we weer een bordje tegen met een routemarkering met daarop de richting naar de parkeerplaats. Uitgeput kwamen we bij de auto aan. Nadat we de schoenen hebben geleegd van zand en even wat voedsel hebben genuttigd, hebben we onze weg vervolgd. Lange tijd zaten we in de auto zonder wat te zeggen. We waren moe!

We moesten nog anderhalf uur rijden, voordat we in Bandon aankwamen. Het zelf geboekte hotel was prachtig, wat een verschil met het vorige. Een keurig gebouw met een zeer luxe kamer. De dame van de receptie vertelde ons dat je heerlijk kon eten in het oude dorpje aan de haven bij de vele visrestaurantjes. Van deze tip hebben we dankbaar gebruik gemaakt. We startten met een overheerlijk soepje in een ouderwets kommetje. Vervolgens het hoofdgerecht dat bestond uit een grote zalmfilet en veel groente met aardappelpuree en dat alles voorzien van mangochutney. En als afsluiting de beloning voor deze inspannende dag een overheerlijke chocolademousse.

Op de terugweg hebben we nog wat rondgereden en konden nog genieten van het prachtige strand bij Bandon. Morgen zullen we hier nog wel wat meer tijd gaan vertoeven, want het is hier erg mooi. Hopelijk is het zonnig, maar de vooruitzichten lijken niet zo gunstig. We horen nu al steeds de misthoorn die op de havenmond staat. In ieder geval kan deze dag niet meer stuk.